Tussen Maas en Meerlebroek - Toponiemen in de gemeente Beesel
 
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z
 
Dalercamp Smabers 9

Benaming Daeler Kempken (1617) voor een perceel grenzend aan de St.-Lambertuskapel en aan de Hagerberg. Volgens een verkoopakte uit 1620 lag dit een ½ bunder grote perceel tussen gemeentegrond en landerijen van de verdwenen boerderij de Haag. Eén korte zijde grensde aan grond van de eveneens verdwenen boerderij de Walsberg. In 1649 werd de St.-Jorisschutterij eigenaar van een perceel in het Muelevelt gelegen langs de Muelenwegh tussen het Daler Kempke en land van de St.-Lambertuskapel. In 1696 wordt het Daeler Kempken te Leeuwen nog vermeld.

Zie ook: Ingendaelsgoed.

 
Dassenberg  

Hoewel op Duits gebied gelegen, kennen sommige inwoners van de gemeente Beesel deze hoogte ten oosten van de PRINSENDIJK (ter hoogte van grenspaal 427) als een bekend uitkijkpunt dat op heldere dagen een panorama biedt tot in de Peel. Wanneer de hoogte deze naam kreeg, is niet bekend. De benaming is wel bekend van een berg langs de rechteroever van de Swalm tussen Swalmen en Brüggen (Dld.). Deze Groenen Bergh, Lijseler of Dassenberg, sijnde het dall en delle mit groen gras bewassen, wordt voor het eerst onder deze naam vermeld op een landmeter Smabers getekende kaart uit 1763.

René Walenbergh: Dassen in het Maas- en Swalmdal. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 7 (1987).

 
Dennekoel, de Smabers 1
In 1812 werd de Einderhof te Rijkel verpacht incl. de Dennekoel, groot ca. 61 are. De exacte ligging is niet bekend. Het ligt voor de hand dat het hier gaat om een laagte begroeid met dennen.
 
Dieperskamp Smabers 4/12-14
Op de Smaberskaart staat de naam niet als zodanig aangegeven. In 1832 werd het akkerland en houtgewas genaamd de Dieperskamp verkocht. Waarschijnlijk betreft het ongeveer het gebied begrensd door BURGEMEESTER JANSSENSTRAAT, Berkenhutweg, de Dieper en de EIKENBROEKLAAN.
 
Diepert Smabers 4

Foto: Loe GiesenDe Diepert was een ven in de Bakhei. De Dieper vormt een van de laagste punten van de Bakhei. Op de Smaberskaart staat de laagte aangegeven als den Dieper, wordende droogh. De laagte is gelegen tussen de EIKENBROEKLAAN, de BAKHEIDE en de Korte Ondersteweg. Volgens de hoogtekaart is dit het uiteinde van een laagte die zich langs de EIKENBROEKLAAN en de Hoge en Lage Kantweg voortzet als de bedding van de Huilbeek.

Op 20 maart 1642 werd het visrecht van den Diepart door de gemeente bij opbod verkocht aan jonker Hans Willem van Baexen, de eigenaar van de Baxhof in Swalmen. Deze stelde wel als voorwaarde dat de overige naburen voortaan geen vlasrotten meer zouden maken in de Diepart. Wel mochten zij er als vanouds het vee weiden en 'haggen en vlaggen', dat wil zeggen turf steken en heide-plaggen hakken. Tijdens en voogdgeding in 1671 werd door de inwoners geklaagd over het 'uytreissen' van de Diepert. In 1672 verkocht Hans Willem Van Baexen de Baxhof samen met o.a. de Diepert aan Christoffel Schenck van Nijdeggen, heer van Hillenraad in Swalmen.

Foto: Loe Giesen

In 1841 liet de burgemeester van Beesel in een brief aan Joiris Schepen te Venlo weten, dat deze toestemming kreeg voor het graven van kiezel tegenover het veer van Neer zoveel hij nodig had, tegen 20 centimes per kubieke el. De burgemeester stelde als voorwaarde dat voor het vervoer slechts gebruik zou worden gemaakt van de weg van Rijkel naar de Wolfsboom of Grote Weg van Roermond naar Venlo, door het Turfbroek naast de zogenaamde Dieper. Deze weg moest door de aanvrager worden onderhouden. De laatste schriftelijke vermelding is uit 1926. De benaming den Deepert wordt in de volksmond nog steeds gebruikt voor het gebied tegenover de aldaar gelegen jachthut.

 
Diepertberg  
Foto: Loe GiesenBenaming voor een perceel tussen de Diepert en de BURGEMEESTER JANSSENSTRAAT, ingetekend op een landmeterskaartje door H. Dupont in 1874 wegens verkoop van gemeentegronden.
 
DIERGARDTSTRAAT  

Deze straatnaam werd op 22 april 1984 vastgesteld voor een van de aan te leggen straten in buurt Heyencamp. De naam werd echter nooit gebruikt. Hij moest herinneren aan een van de kleigroeven in het Duitse bosgebied ten oosten van de PRINSENDIJK.

De gemeente Brüggen verkocht in november 1845 maar liefst 1600 morgen gemeenschapsgrond in de Duitse gemeenten Brüggen en Bracht aan de Rijnlandse groot-industrieel Friedrich Diergardt (1795-1869) uit Viersen. Met name vanuit de Swalmer gemeenschap werd tegen deze zoveelste aanslag op de gebruiksrechten van het Brüggener en Brachter bos fel geprotesteerd. De strijd liep zo hoog op dat bijna sprake was van een ware veldslag. Uiteindelijk werd het geschil op 5 november 1850 bijgelegd, maar een gedeelte van de bossen bleef eigendom van Diergarth.

In de Maas- en Roerbode van 22 april 1893 lezen we: "Nu en dan leest men in de Nederlandsche bladen over het enorm nadeel, dat ver in den vreemde door de dennenrups aan het houtgewas wordt toegebracht. Om die verwoestingen, zij het ook op kleiner schaal, waar te nemen, behoeft men geen reis naar Saksen of Wurttenberg te ondernemen; in onze onmiddellijke nabijheid, in de bosschen van Thiergarten, kan men zien, hoeveel schade het nietig insekt aan de dennen veroorzaakt. Binnen ettelijke jaren zijn duizenden bomen, die deel zijn gekapt, deels nog staan als treurige overblijfselen van een roemrijk verleden, door den kleinen maar machtigen vijand aangevallen en overwonnen. Zullen de aangrenzende gemeentebossschen verschoond blijven? We hopen het doch betwijfelen het tevens, daar tot heden geen afdoend middel bekend schijnt, om het kwaad te keeren."

 
DIJCKEN, DE Smabers 10

Een van de vroegste vermelding van een dijk dateert uit 1480. De kerkmeesters van Beesel verkochten toen een stuk land aan de Kruisheren van Roermond, die eigenaar waren van de Onderste Hof.

Dit land lag aan de nieuwe weg te Offenbeck tussen de hof van de Kruisheren en de Dijk. In processtukken uit 1589 vinden we een vermelding van een boerderij van Gerart Wouffartz en een stuk land te Offenbeick an gen Dick naast Aret Kupers land. Dit land grensde tevens aan het oude Poulengoit, dat nu eigendom was van Ronckenstein. In 1619 werd een regeling getroffen over een erfenis, waarbij ook een kamp aan de Deijck te Offenbeck naast de gemene heide wordt genoemd. Bij al deze vermeldingen is het onzeker of ronduit twijfelachtig dat het om DE DIJCKEN gaat.

Op de Smaberskaart staat de benaming Moolenwech vermeld voor een weg van het valder bij de OFFENBEKERMARKT (ca. kruising ST.-JOZEFWEG/LINDELAAN) tot aan de huidige Foekebroekerweg. Door de aanleg van de spoorlijn werd deze weg in tweeën gedeeld. Aan de oostzijde van de weg, tegenover het huidige sportpark Dijckerhof, lag de boerderij van de erfgenamen Van den Dijck. De helft van de boerderij genaamd den Dijck werd op 27 februari 1787 door de erfgenamen Gerets verkocht aan schepen GerardGoossen. Lang bleef hij niet eigenaar: enkele maanden later maakte Elisabeth Bonschouw gebruik van haar zogenaamde beschutrecht, en kocht de boerderij terug. Een verder 1/3 deel van de boerderij werd op 2 juni 1787 ook weer aangekocht door Goossens, maar ook ditmaal nam de weduwe Bonschouw de goederen binnen enkele maanden over.

Volgens de kerkregisters van Beesel woonden Herman Leenkens en Eva Olders tussen 1788 en '93 op den Dick. Op een kadasterkaart uit 1841 treffen we voor het eerst de naam de Dijcken aan.

In 1849 werd de boerderij gekocht door de familie Thör. Op 28 oktober 1877 brandden de gebouwen van de landbouwerswoning genaamd Den Dijk, bewoond door Hendrik Thoër, geheel af. De Dijckerhof werd in 1878 nog bewoond door Willem Thör, maar in april 1884 werd de boerderij door de kinderen Thör verkocht aan Benedict Vaessen uit Maasbree. De boerderij werd als laatste bewoond door de familie Van Wijlick ('van de Dieck').

Vastgesteld voor het weggedeelte tussen RONKENSTEIN en SCHELLEKENSBEEKSINGEL bij raadsbesluit d.d 23 juni 1975.

 
Dijckenweg Noord en Zuid  Smabers 10
Op de Smaberskaart staat deze weg aangegeven als onderdeel van de Moolenwech tussen de Offenbecker merckt en het Foekebroek.
 
Dijcker Bemden Smabers 10

De Dijcker Benden worden vermeld in de landmeting van 1654. Landmeter Mullier tekende de Dicker baent in 1662 in op zijn kaart van Beesel. In mei 1767 kocht Henderick Bongers, 'den molder' van Ronckenstein, grasgewas gelegen aan de Dijcker Beende.

Op de Smaberskaart geldt de veldnaam de Dijcker Bembden voor het gebied begrensd door de KROMMENHOEK, DE BEUCKELEN en de KIEVIT.

 
Dijcker Camp Smabers 10
De Dijcker Caemp wordt reeds vermeld in de landmeting van 1654. Van iets later dateert de benaming Dieckercamp (1714). De exacte ligging is niet bekend, maar een locatie nabij Ronckenstein ligt voor de hand.
 
Dijcker Hei Smabers 10
Op de Smaberskaart staat de veldnaam Dijcker Heijde aangegeven voor het gebied begrensd door de Schelkensbeek, de gemeentegrens met Belfeld, de Beuckelendwarsweg en de Streekweg.
 
Dijckerhof Smabers 10
Zie: DE DIJCKEN.
 
Dijcker Hout Smabers 10
Op de Smaberskaart staat de veldnaam Dijcker Hout voor een gebied aan weerszijden van de Schelkensbeek tussen de KEULSEWEG en de KROMMENHOEK.
 
DIJCKERSINGEL Smabers 10

Op de Smaberskaart staat het gedeelte tussen BEUKELSTRAAT en SCHELLEKENSBEEKSINGEL aangegeven als perceelsgrens.

Vastgesteld bij raadsbesluit van 27 juli 1959.

 
DISTELSTRAAT  

De distel behoort evenals de korenbloem tot de familie van de composieten of samengesteldbloemigen. Buurt Vogelsweijde.

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 25 juni 1979.

 
Dode Maas  

Benaming voor de afgesloten Maasarm bij Rijkel. Links op de foto de hoogte van de Donderberg, geheel achteraan het punt waar de Swalm uitmondt in de oude Maasarm.

Foto: Loe Giesen

In de Dode Maas bevindt zich de thuishaven van de Draekevaarders. De watersportvereniging ontstond op het eind van de 1960-'er jaren, in een periode waar de Gemeente Beesel gemakkelijk een oogje dichtkneep voor deze nieuwe vorm van (toen nog illegale) recreatie. Na jaren van gedogen en politieke discussies kreeg de jachthaven uiteindelijk eind 1990'er jaren toch een officiële status. Daarmee kwam een eind aan wildgroei, terwijl het aantal ligplaatsen werd gereduceerd. In 2004 werd de haven opgeknapt; er kwamen sanitaire voorzieningen en een havenkantoor. De haven biedt nu plaats aan zo'n 55 boten.

Foto: Loe Giesen

 
Dodeweg Smabers 10

1. Nabij Foekebroek.

2. Grensweg tussen RONKENSTEIN en de Streekweg.

Beide benamingen lijken betrekking te hebben op het feit dat deze wegen geen deel meer uitmaken van het gebruikte wegennet.

 
Domanskamp Smabers 8
De Domanskamp, vermeld in een delingsakte uit 1832, behoorde tot de landerijen van de Spieker. De ligging was in de buurt van de Walsberg of Lommerbergen. De herkomst van de benaming is niet bekend.
 
Dominicanerplein  
Foto: Loe GiesenDe Dominicaner paters uit Maastricht waren de eerste zielzorgers van Reuver en deden veel voor de Reuverse bevolking tijdens een pest-epedimie. Zo werd een voorstel voor deze benaming voor het pleintje voor het oude gemeentehuis rond juni 1934 gemotiveerd. Een voorstel om het plein Heilig Hartplein te noemen kreeg waarschijnlijk meer stemmen.
 
Donderberg Smabers 3

Foto (c) Loe Giesen, 2012

De oudste vermelding van dit toponiem Donderberg of Donnerbergh dateert uit 1654; in 1754 wordt de hoge Maasoever vermeld als den Donderbergh. Ook landmeter Smabers heeft de benaming Donderberg in 1781 overgenomen op zijn kaart van Beesel. De afwijkende vorm Donnerberg vinden we opnieuw in een verpachting van de Einderhof uit 1812.

Misschien moet worden gedacht aan een verband met de Germaanse god Donar, de god van de donder. Het etymologisch woordenboek van De Vries verwijst tevens naar een Gallische riviernaam 'Tanaros', hetgeen zoveel betekent als 'de bruisende'. De vroegste vermeldingen zijn vooralsnog te jong om een van beide verklaringen waarschijnlijk te achten. Mogelijk geeft een vergelijkend onderzoek naar soortgelijke namen bij Heumen (Gelderland), Neer en Roermond meer duidelijkheid.

 

Foto: Loe GiesenZie ook: Aldeberg of Aoleberg.

 
DONDERBERGWEG Smabers 3

Foto: Loe GiesenOp de Smaberskaart vinden we de benaming mistwech voor de weg tussen RIJKEL en de GUBBELSWEG.

Op de plaats van de kapel van O.L.V. van Smarten staat een falder aangegeven om het vee buiten de akkers te houden. Het kapelletje zelf ontbreekt op deze kaart; een toevoeging met potlood dateert vrijwel zeker van na 1781. Achter de zware tralies staat een kopie van een stenen piëta in 17e eeuwse stijl die zich oorspronkelijk in de kapel bevond. In de top van het geveltje met vlechtingen zit een natuurstenen kruis.

 

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 23 juni 1975 voor de weg vanaf de toenmalige stortplaats in Rijkel tot aan de BURGEMEESTER JANSSENSTRAAT. Bij deze straat staan echter straatnaamborden met 'Gubbelsweg'.

Jan Thijssen: Wegkruisen en veldkapellen in Beesel. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 2 (1982).

 
Doorenbendtgen Smabers 2
In 1646 werd de helft van den Spijcker in Beesel-Ouddorp verkocht, inclusief land aan het Doorenbendtgen. De ligging moet waarschijnlijk tussen Ouddorp en de Huilbeek worden gezocht.
 
DOORMANLAAN, KAREL  

Karel Doorman (1889-1942) werd in 1940 schout-bij-nacht. Tijdens de slag in de Java-zee op 27 februari 1942 tegen de Japanners ging hij samen met zijn vlaggeschip 'De Ruyter' en de volledige bemanning ten onder.

In de volksmond heette de straat ook wel spottend 'Sjemsjtraot' in verband met het karige broodbeleg dat volgens velen nodig moest zijn om de relatief dure woningen te kunnen betalen.

In 1880 werd de St.-Lambertuskerk, gebouwd op de hoek met de PASTOOR VRANCKENLAAN ingewijd. Het kerkhof werd op Sint Petrus en Paulus 1906 ingewijd door pastoor Vrancken. De straatnaam werd op 17 april 1948 vastgesteld in plaats van het vroegere Molenkerkpad, om in deze naam alle legale strijders voor de vrijheid te eren.

Een van de oudste en mooiste gebouwen langs deze straat was de voormalige pastorie, boven afgebeeld rond 1910, onder samen met de nieuwe pastorie die ernaast werd gebouwd. De oude pastorie werd daarna gesloopt.

 

Fotocollectie Gemeente Beesel

 
Doorvaart, de  
In 1871 verkochten de erfgenamen Reijnders enkele percelen gewassen in o.a. het Dorperveld, het Ohebroekerveld, in het Hasselt en aan de Doorvaart. In 1889 verkocht burgemeester Janssen enkele canadabomen aan de Doorvaart. Uit geen van beide vermeldingen blijkt de ligging.
 
DOPHEISTRAAT  

Dopheide of Erica vormt een plantengeslacht met 650 soorten. De soort Erica tetralix kwam vooral vroeger veelvuldig voor op natte heidevelden zoals het Meerlebroek en in venen. Door de ontginningen is de plant in onze gemeente vrijwel geheel verdwenen. Vroeger was de plant van belang voor het houden van honingbijen, die vanouds ook in onze gemeente werden gehouden. De honing was, toen er nog geen riet- of beetsuiker was, een van de belangrijkste zoetstoffen. Daarnaast was bijenwas belangrijk voor de fabrikage van kaarsen.

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 25 juni 1979.

 
Dorpelsrade  

Reeds in 1554 is sprake van ein platze genoimpt Doirpelsraidt. Op deze plaats, niet ver van Blanckersdries, bevond zich een openbare voerweg die vóór de berg langs het bos inliep. Aan beide zijden van deze weg stonden van oudsher bijenkorven, waarvoor standgeld ter grootte van een 'oirtghen' moest worden betaald. Weigerde iemand te betalen voor die bijen up Dorpelsradt, dan werden de korven in beslag genomen en verkocht; de opbrengst ging, al naar gelang de standplaats van de korven, naar de kerken van Swalmen, Bracht of Kaldenkirchen.
Dorpelsrade speelde samen met de in Swalmen gelegen Loefelenberch een belangrijke rol in de grensrechten tussen de Gelderse en Gulikse dorpen. Aan de Gulikse zijde waren beide plaatsen met een greppel (leigrave of sipe) en met kruisen (krutzeren of kruitzer) afgebakend. Een in 1763 door landmeter Smabers getekende kaart van het Duitse bosgebied toont Dorpelsraedt (zie afbeelding nr. 6), door die van Swalmen genoemt den Middelhovense koeijrast, ten oosten van de PRINSENDIJK even ten zuiden van de MUITERDIJK.

Foto: Loe GiesenOp de Smaberskaart vinden we de benaming Swalmer koeij drinck aen Dorpels Raij voor een waterpoel nabij de grenspalen 426A en 426B langs de PRINSENDIJK. Kennelijk was hier een bekend rustpunt om de koeien van met name Swalmen te laten drinken.
Het woord dorpel is de zuidnederlandse vorm voor drempel en hangt samen met het woord deur. Het achtervoegsel 'raede' (ontginning) vinden we ook terug in plaatsnamen als Venray, Asenray en Hillenraad. De betekenis is niet duidelijk.

 
Dorperveld  
In 1871 verkochten de erfgenamen Reijnders enkele percelen gewassen in o.a. het Dorperveld, het Ohebroekerveld, in het Hasselt en aan de Doorvaart.
 
Dorpstraat  

Benaming voor de huidige MGR. THEELENSTRAAT tot 1934.

 
DOTTERBLOEMSTRAAT  

De dotterbloem behoort net als de boterbloem tot de Ranonkelachtigen. De lage forse plant met grote groene bladeren en heldergele bloemen zonder bloemkroon is een echte weideplant.

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 25 juni 1979.

 
DOVENETELSTRAAT  

Foto: Loe GiesenDe dovenetel behoort tot het geslacht van de Lipbloemigen. Veel voorkomend zijn de witte dovenetel, met witte tot gele bloemen, en de paarse dovenetel.

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 25 juni 1979.

 
Drabbengoed  

Op 7 mei 1647 verhief Goertgen Roesen van Sevenheim twee boerderijen, namelijk het Drabbengoedt en zijn goed aan het Bussereijndt. Godefridus Roosen was in 1643 getrouwd met Catharina Kuijpers, bijgenaamd Trincken Drabben. Hun zoon Theodorus werd in 1644 in Swalmen geboren. In datzelfde jaar loste Trincken de tijns af die zij al jaren verschuldigd was aan het kasteel van Beesel. Vanaf 1645 was het vervolgens haar man Goirtgen van Sevenum die jaarlijks 2 hoenders tijns betaalde wegens Jeucken Drabben goedt. Behalve van dit goed, waar hij ook woonde, betaalde hij ook wegens een boerderij aan het Busserendt. Op 18 april 1662 werd Derick Roesen beleend met zowel Drabbengoedt, gelegen neven Wolffsgoedt, als de boerderij gelegen aent Bussereijndt.

Zie ook: Roosengoed.

 
Drabben valder  
De familie Drabben is een oude Beeselse familie die zelfs een schout van het ambt Montfort leverde. Op 22 juni 1606 vernieuwde Jaeck Rutten de leeneed van het Nieuwenbroeckse onderleen genaamd Goertgen Rutgensgoedt, gelegen aan Drabben valderen. Het veehek genaamd Drabben valderen (1644) lag waarschijnlijk niet ver van de gelijknamige boerderij in Bussereind. Ook volgens een akte van 21 augustus 1661 lag Rutgens goedt aan Drabben valderen. Latere vermeldingen ontbreken.
 
Drakenkempke Smabers 3/96

Op de Smaberskaart (1781) staat het Draecken Kempken vermeld naast een perceel dat eigendom was van beijde de schutterien. Beide percelen lagen ten noorden van de Nieuwekampweg in den Caeffert.

Zie ook: ST.-JORISSTRAAT.

 
Drakenweg Smabers 1

Foto: Loe GiesenDeze zandweg tussen Rijkel en Ouddorp staat op de Smaberskaart aangegeven als Veeh straet. Het gebied tussen de Drakenweg en de Maas is sinds 1781 door aanwas toegenomen, maar door ontgrondingen intussen weer grotendeels verdwenen.

De weg dankt de naam aan het spel van St.-Joris en de draak, dat (voor zover bekend) in 1850 voor het eerst werd opgevoerd in Beesel. Het spel werd aanvankelijk gedeeltelijk opgevoerd langs de oever van de Maas. Onder druk van de steeds toenemende publieke belangstelling en met het oog op de daaraan verbonden inkomsten kwam deze lokatie in 1967 te vervallen. Voortaan werden de spelen opgevoerd in de nabijheid van kasteel Nieuwenbroeck.


Frans G.J. Geerlings: Draaksteken 1981 te Beesel. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 1 (1981).
Frans G.J. Geerlings: De draak in het gemeentewapen: een mysterie? In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 3 (1983).
Giel Geraedts: De Draakschutten van Beesel. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 4 (1984).
Frans G.J. Geerlings: Draaksteken te Beesel: hoe het was en wat er overbleef. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 8 (1988).

 
Drakenrijk  

Foto: Loe Giesen (genomen vanaf Beeselseweg, 26 april 2009)

Drakenrijk is de benaming voor een recreatiepark dat is geprojecteerd in een vrijwel driehoekig gebied begrensd door RIJKSWEG, A73 en KLOKWEG. In april 2009 werd begonnen met de aanleg van grote aarden wallen ten oosten van de RIJKSWEG. De geplande opening van het park - in een eerste, sobere vorm - staat gepland voor mei 2013.
Vlakbij de lokatie van het toekomstige drakenrijk, op de rotonde bij het Jagershuis, werd op dinsdag 21 juli 2009 een acht meter hoge draak geplaats, gemaakt door de Venlose kunstenaar Rik van Rijswick. Dit vervaarlijke kunstwerk moet reizigers op rijksweg N271 en autosnelweg A73 wijzen op het zevenjaarlijkse draaksteken dat in augustus 2009 voor het laatst plaatsvond in Beesel.

Foto: Loe Giesen

 
Dreessencamp Smabers 6
Foto: Loe GiesenVoor het eerst vermeld in 1654 als Drijskes cempken. De benaming Dreesken Kempken treffen we verder aan in een akte van april 1779. Op de Smaberskaart wordt de veldnaam Dreessen Campken gebruikt voor enkele percelen tussen de Heyacker en de WALSBERG. De benaming is mogelijk ontleend aan de voornaam Andries (Drees) of de daarmee verbonden achternaam Dreessen of Driessen. Ook een betekenis die verband houdt met 'dries' als uitgeput bouwland is niet uitgesloten. Werd een akker of 'dries' enkele jaren niet gebruikt, dan werd deze beschouwd als een 'slaper' en had de gemeenschap het recht om deze grond in bewerking c.q. eigendom te nemen. Onder invloed van het Franse woord 'chômage' sprak men hier bij braakliggend land ook wel over land dat 'sjóm' lag.
 
DREESSENCAMPSTRAAT  
Vastgesteld bij raadsbesluit van 19 november 1962. Bij besluit d.d. 23 augustus 1976 werd deze benaming bovendien gegeven aan de tweede weg lopend vanaf de WITTEBERGSTRAAT in oostelijke richting en in westelijke richting weer uitmondend op de WITTEBERGSTRAAT.
 
Drieangel, de Smabers 8
Perceel dennebos en hakhout genaamd den Drieangel, vermeld in een akte van deling uit 1832. De grond, ruim twee bunder groot en behorend tot de Spieker, grensde in het westen aan de Wolfsbergen, een variant van de Walsberg. De benaming wijst op een driehoekig perceel.
 
DUBBELWEG  

Dwarsverbinding in het Meerlebroek tussen KEULSEWEG en ST.-WILLIBRORDUSDIJK. Oorspronkelijk lag hier aan beide zijden van de sloot een weg, vandaar ook de naam.

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 23 juni 1975.

 
Duinweg Smabers 8
Foto: Loe GiesenDe benaming voor deze zandweg lang de westzijde van de voormalige Paterswei houdt verband met de aanwezigheid van de vele stuifduinen in dit gedeelte van de Walsberg.
 
Dujardinsbos  
Op 23 februari 1887 verkocht Felix van Wylick allerlei soorten bomen. De verkoop vond plaats 'ter plaatse te Reuver in de Beukels, in Dujardinsbosch, aan den Ondersten hof en aan Berghof'.
Een locatie aan de noodzijde van Offenbeek of bij Ronckenstein ligt voor de hand.
 
Dursdaelhof  

Deze benaming werd tijdens de 17e eeuw gebruikt voor meerdere boerderijen die alle eigendom waren van de invloedrijke en vermogende familie Van Dursdael. De verschillende takken van de familie waren o.a. eigenaar van de Kamp, de Spieker en de Zang en Arntz van Dursdaills guedt (Einderhof) to Rijckell (1551). In het cijnsregister van Nieuwenbroeck uit de 17e eeuw vinden we tussen die Haesselt en het Hoenerkempken vermeld: Dursdals hoeff geft grote thiendt, maer geene smaele. Gezien de lokatie betreft het hier de voorloper van de Wilde Hoeve.

Op de afbeelding het wapen van de familie Van Dursdael, naar een (bewerkt) fragment van een grafsteen die zich bevindt in de Munsterkerk te Roermond.

 
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z
 
© Loe Giesen, Reuver 1983-2018